Van geloofwaardige
fiktie naar ongelooflijke werkelijkheid
Bovenstaand stuk proza schreef ik twaalf jaar voordat het plotseling in de
reguliere media bekendgemaakt werd dat het Stadionplein te
Amsterdam 'voortaan "Johan Cruijffplein" zou gaan heten'.
Dat wil zeggen, het College van Burgemeester en Wethouders onder Jozias van
Aartsen, de (nooit
demokratisch gekozen)
waarnemend burgemeester van wat nu nog officieel 'Amsterdam' heet, had het
besluit genomen om het Stadionplein in de hoofdstad voortaan zo te
noemen.
(Vanaf het jaar 2014 van de Christelijke Jaartelling is het College
van B en W als enige bevoegd om namen voor een openbare ruimte vast te
stellen, te wijzigen of in te trekken.)
Bewoners en bedrijven aan het Stadionplein werden in februari 2018 met
'n brief door het
gemeentebestuur op de hoogte gesteld van de naamswijziging; let
wel, pas na het besluit al genomen was.
De precieze ingangsdatum kreeg niemand nog te horen; wel de reden (of
wat daarvoor door moest gaan) waarom uitgerekend 'n plein met 'n
uitstekende naam het lot van 'n naamswijziging zou moeten
ondergaan.
Beweerd werd dat dit de historische binding van het plein is met de
beroepsvoetballer Cruijff.
Om hun redenering kracht bij te zetten, trapten B en W 'n paar losse
flodders het Stadionplein op, in de trant van: "Vroeger kwam hij er vaak
voor belangrijke wedstrijden" en "Later ook voor zijn Institute en
Foundation die er kantoor hebben".
Mindere goden voegden er even serieus aan toe dat Johan er van hield om
bij de FEBO op het Stadionplein 'n
kroket te komen eten.
(Op het Stadionplein dus, nooit op het Cruijffplein.)
Terwijl dit laatste stukje historische binding inderdaad door getuigen
is bevestigd, is wat de gemeente suggereert over het Johan Cruyff Institute
en de Johan Cruyff Foundation (twee van verscheidene charitatieve en
niet-charitatieve Johan Cruyff entities )
frauduleuze prietpraat: het Johan Cruyff Institute is gevestigd aan de Laan
der Hesperiden en de Johan Cruyff Foundation in het Olympisch Stadion met
ook die naam als adres.
Het omdopingsbesluit werd door het College genomen zonder enige inspraak
van de bewoners en gebruikers van het plein.
Dit is des te opvallender, omdat niet alleen bewoners en bedrijven aan het
Stadionplein, maar bewoners en bedrijven van minstens de hele
Stadionbuurt vele jaren lang betrokken zijn geweest bij de
herinrichting van het plein.
Zij werden super-lokaal-demokratisch uitgenodigd om mee te denken tot aan
de laatste steen op straat en de laatste decimeter van de hoogte der
gebouwen.
En nu die herinrichting eindelijk klaar was, toonde de gemeente (tot half
mei, toen er na de gemeenteraadsverkiezingen 'n nieuwe koalitie gevormd
werd) geen enkele belangstelling voor wat de buurt en de rest van
Amsterdam over de naam van het plein dachten.
Iedereen, behalve de familie Cruijff dan, kreeg de voorgestelde omdoping
gewoon in onvervalst ondemokratische stijl door zijn strot geduwd.
De informatie die B en W hierbij verschafte, wekte overduidelijk de
indruk dat het College Van Aartsen iets te verbergen had: als het lukt,
hou de bevolking tam en lam met desinformatie, dat wil zeggen, informatie
die bedriegt en/of zich beperkt tot wat het minst ter zake doende is; als
het lukt, hou de bevolking dom met 'n antwoord op 'n zelfverzonnen vraag
die op zichzelf al partijdig is om te stellen: niet Wat is in het
algemeen de historische binding van het plein met wie of wat dan ook?,
maar Wat is
eksklusief de historische
binding van het plein met Johan Cruijff?
Het inmiddels mooi opgeknapte plein wordt — ik hoop hier in de
toekomst nog eens verleden tijd van te mogen maken: werd— zo
gebruikt als instrument voor de behartiging van de belangen van bepaalde
anderen.
Het leek erop dat dit met goedkope afleidingsmaneuvers verhuld
moest worden; maneuvers die de aandacht afleidden van de echte geschiedenis
van dit deel van Amsterdam en van, bijvoorbeeld, de
naamsverbondenheid van de Stadionbuurt met de
Stadionweg en de Stadionkade die uitkomen op het
Stadionplein.
(Dat is wel even heel andere koek dan de naamsverbondenheid die
het College dacht te scheppen tussen de inmiddels Johan Cruijff
Arena gedoopte Amsterdam Arena en het beoogde 'Johan
Cruijffplein', twee objekten waartussen zo'n verband zou sluiten als
'n tang op 'n varken.)
AMSTERDAM, NETHERLANDS:
Petitioners League
|
Stadionpleiners |
3355 – 0 |
JCDopers |
petities24.com, 24-06-2018,
23:00 |
Onder de al meer dan 3,350 mensen die (op 19 juni 2018 of eerder) 'n
petitie tegen de omdoping van het Stadionplein hebben getekend op
petities24.com en daarbij 'n
toelichting hebben gegeven, zijn tallozen die wijzen op de historische rol
die het plein en zijn historische naam nu al zo'n negentig jaar lang spelen
in de buurt en de stad; zelfs nationaal en internationaal.
(Er zijn er ook die zich afvragen waarom het plein niet naar hun genoemd
wordt, als ze er geregeld 'n kroket bij de FEBO eten.)
In eerste instantie moest ook ik als tegenstander van de
naamsverandering er natuurlijk rekening mee houden dat het College
helemaal niets, of slechts weinig, te verbergen had; dat het in deze
naamgevingskwestie alleen maar 'n beetje handelde als 'n
overbegeesterde doch ondeskundige weitrapper die zonodig 'n
voetbal de porceleinkast in moest schoppen.
'n Burgemeester en 'n wethouder kunnen immers moeilijk persoonlijk van van
alles en nog wat op de hoogte zijn.
Toch is hiermee in het gemeentelijk apparaat wel degelijk rekening
gehouden.
Als het om het invoeren van nieuwe namen en het wijzigen van bestaande
namen gaat, is er namelijk 'n Commissie Naamgeving die daarover hoort
te adviseren.
Naamgevers
die de weg kwijt zijn
Wat vroeger "de straatnamencommissie" heette, heet nu, in
Amsterdam althans, "de Commissie Naamgeving Openbare Ruimten".
Deze door het College van B en W zelf ingestelde advieskommissie 'moet de
kwaliteit van, en de eenheid in, de naamgeving waarborgen' (wordt er
uitgelegd op het webterrein van de gemeente).
Wellicht schept die kommissie er 'n 'uitermate behagen' in om 'n voorstel
te overwegen om 'n straat, 'n plein zoals de Dam, of misschien zelfs de
hele stad Amsterdam, naar Johan Cruijff te vernoemen, maar kon en kan dat
zomaar 'zonder aan haar principes te hoeven tornen'?
Heeft die kommissie eigenlijk wel principes?
Tot begin mei 2018 was mijn indruk van niet, maar in die maand kwamen er
plotseling geheime stukken over de naamswijziging in de openbaarheid
waaruit, ten eerste, bleek dat het College Van Aartsen echt iets te
verbergen had; en, ten tweede, dat de Commissie misschien (veel?) minder te
verwijten viel dan aanvankelijk het geval leek.
(Zo bleek dat het College het negatieve advies dat de Commissie
Naamgeving in december 2017 over de naamswijziging had gegeven
met opzet achtergehouden had om de instemming van Stadsdeel Zuid te
verwerven.)
Hoe dan ook, de advieskommissie heeft maar liefst twaalf 'criteria
voor naamgeving' meegekregen die voor iedereen altijd al
openbaar toegankelijk
waren .
(Dat dan weer wel.)
Hier volgen de zes
kriteriums die het
duidelijkst van toepassing zijn op de kwestie van de beoogde omdoping
van het Stadionplein in Amsterdam, kursief en met hun oorspronkelijke
nummering, gevolgd door mijn eigen observaties:
- Bij persoonsvernoemingen verdient het toekennen van namen van
vrouwen en andere ondervertegenwoordigde groepen uit de
samenleving de voorkeur. Diversiteit staat hierbij voorop.
Johan Cruijff is geen vrouw en als-ie iets vertegenwoordigt is
het wel de veel eerder (of erg) oververtegenwoordigde
groep van voetballiefhebbers — luister maar naar NPO Radio 1,
of juist niet.
Diversiteit van de Olympische en andere sporten blijkt bij de Commissie
en/of het College helemaal onderaan de lijst te staan als het nota bene
om 'n plein bij het Olympisch Stadion gaat!
- Personen worden pas vernoemd vanaf vijf jaar na overlijden,
met uitzondering van leden van het Koninklijk Huis.
Op het moment van de aangekondigde naamsverandering was Persoon J.
Cruijff nog niet eens twee Aardse jaren dood, maar het is mogelijk dat
de gemeente die nu nog 'Amsterdam' heet de vijf jaar van een of andere
eksoplaneet
bedoelt!
- Omdat naamgeving voor (zeer) lange termijn geldt, moet worden
gewaakt voor modieuze naamgeving en moet terughoudendheid worden
betracht bij naamgeving op grond van actualiteiten.
Het valt nog te bezien hoe lang 'n tegen de wil en instemming van
duizenden medeburgers doorgedrukt 'Johan Cruijffplein' het in de
Stadionbuurt gaat uithouden — in ieder geval heeft het College
zich in deze obskure zaak wel heel weinig terughoudend (in de goede
zin van het woord) getoond!
- Namen moeten goed uitspreekbaar en niet te moeilijk te
schrijven zijn.
Voor iedere Nederlandstalige is de naam Johan Cruijff vanuit
zuiver taalkundig oogpunt prima uit te spreken.
Tegelijkertijd is de ene kruif (hetgeen kwast,
opschepper of verwaande kerel betekent) nog niet de andere
cruijff: het is misschien wel heel grappig, dan wel sjiek ('chic'),
om van de k 'n c, van de ui 'n uij en van de
f 'n ff te maken, en ook nog eens in het Engels van de
ij 'n y, maar dit maakt de spelling van die naam er
geenszins gemakkelijker op, behalve voor 'n dhruijff uit de
Grachtengordel
natuurlijk.
- Bestaande namen worden niet gewijzigd, tenzij er
zwaarwegende redenen blijken te zijn die bij de oorspronkelijke
naamtoekenning niet bekend waren.
Wat zijn die zwaarwegende redenen die bij de
oorspronkelijke toekenning van de naam
Stadionplein aan de plek waar tot 1929 het door architekt
Harry Elte ontworpen stadion van het Nederlandsch Sportpark stond
niet bekend waren?
Als u het weet mag u het zeggen!
(Zo dadelijk meer over deze meest fenomenale transgressie van de
eerlijkheid en het gezonde verstand.)
- Toe te kennen namen mogen niet worden afgeleid van namen van
bestaande commerciële instellingen en mogen ook niet gemakkelijk
met [commerciële] instellingen worden geassocieerd.
Dit punt laat ik graag over aan 'n
onderzoeksjournalist .
Het gemeentebestuur van Amsterdam (tot 30 mei 2018, maar hopelijk niet
meer daarna) heeft in deze zaak getoond geen bal te geven om haar eigen
'criteria' voor naamgeving.
Daardoor wordt zij onberekenbaar en onbetrouwbaar, en
maakt zij het zichzelf en de burgers die in haar openbare ruimten moeten of
mogen wonen, werken en rekreëren onnodig lastig.
Naamgeven is heel simpel, maar het moeilijkste wat er is, wordt nu wel
duidelijk, is simpel
naamgeven .
Het simpelste is dan wel 'n naam waar niets mis mee is te laten zoals hij
is.
Bestaande namen
worden niet gewijzigd!?!
Het bekendste naoorlogse voorbeeld van 'n straat in Amsterdam die van
naam veranderde is de Stalinlaan.
(Die heette in en voor de oorlog "Amstellaan", en als onze
eksklusivistjes dat na de
oorlog zo gelaten hadden was er nooit iets aan de hand geweest.)
Toen de Sovjetunie in 1956 Hongarije binnenviel, veranderde 'n
buurtbewoner echter op eigen houtje twee straatnaambordjes
in bordjes met 4 novemberlaan erop, verwijzend naar de dag
van de inval.
Die daad van verzet tegen 'n bestaande naam kwam toen dus voort uit de
bevolking.
Al twee dagen later stelde de Amsterdamse Raad voor de naam van de
Stalinlaan te veranderen in Vrijheidslaan, hetgeen ook gebeurd is.
De kwestie Stalinlaan is derhalve in tenminste twee opzichten
onvergelijkbaar met de kwestie Stadionplein: ten eerste was
Stalin inmiddels 'n omstreden figuur geworden, terwijl niemand moeilijk
doet over het niet-meer-bestaan van het vorige stadion of het
nog-steeds-bestaan van het huidige; en ten tweede kwam toen het initiatief
tot naamswijziging van een of meer bewoners, terwijl nu het initiatief
van bovenaf komt en de bewoners (gesteund door de rest van Amsterdam en
vele andere medeburgers) juist genoodzaakt worden zich tegen de
voorgestelde naamswijziging te verzetten.
Het zijn de 'Stadionpleiners' die de naam Stadionplein
willen behouden, de 'J.C.-dopers' of 'JCDopers' die de naam willen
wijzigen.
(J.C. of JC staat hierbij voor niemand minder dan Johan
Cruijff.)
Nogmaals, aan de naam of het woord Stadion kan het niet liggen.
Dat is heden ten dage wel wat anders dan met die Coen van de Coentunnel:
Jan Pieterszoon Coen, ooit directeur-generaal van de Verenigde
Oostindische Compagnie (VOC).
Dit individu trad in de zeventiende eeuw van de Christelijke
Jaartelling met harde hand op om de belangen van de VOC te behartigen
en was daarmee verantwoordelijk voor 'n massamoord op zo'n
vijftienduizend inwoners van de Banda-eilanden in het huidige
Indonesië.
Geen wonder dat mensen die het lukt 'n onderscheid te maken tussen
enerzijds goede en anderzijds slechte tradities, en tussen enerzijds
geschiedenis die gekoesterd mag worden en anderzijds geschiedenis die
absoluut niet verheerlijkt moet worden, Coen liever gisteren al uit de
Coentunnel verwijderd hadden zien worden.
Dat hebben zij inderdaad 'gisteren' —lees: "zo'n drie tot vier jaar
geleden"— ook oprecht geprobeerd, maar de toenmalige burgemeester
Eberhard van der Laan bleek absoluut niet bereid de naam van de Massamoordenaarstunnel
Coentunnel te veranderen.
Wat was namelijk het geval volgens 'n artikel in het Algemeen
Dagblad ?
Coentunnel Amsterdam houdt zijn omstreden naam
Burgemeester Van der Laan van Amsterdam is niet van plan de naam van de
Coentunnel te veranderen. Daarom was gevraagd, ... ...
Volgens burgemeester Van der Laan ziet de gemeentelijke Commissie
Naamgeving Openbare Ruimte niets in dat idee, omdat het
veranderen van straatnamen of namen van tunnels verwarrend zou zijn
en een ombouwoperatie veel geld kost.
Er wordt alleen over een naamswijziging gedacht, als er
'zwaarwegende redenen' zijn die nog niet bekend waren toen de naam
aan een straat of tunnel werd gegeven.
Dat is in het geval van Coen niet zo.
'De betekenis van de vernoemde persoon moet in de context van zijn eigen
tijd worden gezien', laat Van der Laan weten. ... ...
Dat was destijds ferme taal van de (nooit demokratisch gekozen)
burgemeester, heel ferme taal; goed te keuren of niet goed te keuren.
Kunnen we echter op grond hiervan ook aannemen dat Van der Laan 'n
wijziging van de naam Stadionplein even gedecideerd afwees of
zou hebben afgewezen; of, liever gezegd, nog veel gedecideerder, omdat bij
de toekenning van die naam totaal niets schandaligs aan de hand was wat
toen nog niet bekend was?
Uit wiens koker komt eigenlijk dat idee van die omdoping?
Feit is dat Van der Laan 'n groot fan van Cruijff was en 'n leidende rol
speelde bij de omdoping van wat nu de 'Johan Cruijff Arena' is gaan
heten .
(De burgemeester maakte zich sterk voor deze naamswijziging, maar de
daarbij betrokken partijen hadden heel verschillende kommerciële
belangen, wat het proces aanzienlijk vertraagde.)
Ondertussen valt ook niet meer te ontkennen dat er in dezelfde koker nog
'n tweede J.C.-omdopingsplan zat.
Dit voorstel tot omdoping van het Stadionplein mag dan inderdaad ook uit
wijlen Van der Laans koker komen, ondanks zijn houding in de
Coentunnelaffaire, toch waren en zijn er nog de Commissie
Naamgeving en de (dezelfde gebleven) wethouders, en toch is er nog de
huidige waarnemend burgemeester Van Aartsen die Van der Laan tegen te
grote druk van buiten en/of tegen zichzelf in bescherming hadden en hebben
kunnen nemen — zou je zo zeggen.
'n Johan Cruijff-pleingreep uit Van der Laan's koker is natuurlijk wel
in- en intriest, vanwege diens standpunt in de Oentunnel Coentunnel.
Hoewel het dan begonnen is als 'n baldadig privé-initiatief van de
vorige burgemeester, blijft het nog steeds het (op de burgemeester na
zelfde) College van Burgemeester en Wethouders onder Van Aartsen dat de
eindverantwoordelijkheid heeft voor dit recente staaltje van
onbehoorlijk bestuur.
De UIT-krant
kraait het uit
Toen het nieuws dat B en W van Amsterdam hadden besloten het
Stadionplein om te dopen tot Johan Cruijffplein bekend werd,
presenteerden de (alle?) reguliere media, vele betrokkenen in hun kielzog
meeslepend, dit als voer voor oekaze-slikkers of, erger nog, als 'n
heuglijk feit waar elke Amsterdammer ongetwijfeld blij mee, zelfs vereerd
door, zou (moeten) zijn.
Ook De Echo drukte bij de aankondiging van dit nieuws 'n grote foto van
het plein af.
(Geen enkele persfotograaf nam 'n foto van 'n bestaand
Stadionplein-bordje, hoewel het juist die bordjes zijn die bij 'n
omdoping het veld moeten ruimen, niet het plein zelf.)
Het pleit voor De Echo dat het spoedig na die eerste publikatie
bekendmaakte dat de bewoners van de Stadionbuurt helemaal niet
met z'n allen stonden te juichen om het verdwijnen van de naam van het
Stadionplein; dat er verzet tegen dat besluit gerezen was; 'n verzet
dat alleen maar met de dag toenam.
Ook Het Parool, nog steeds 'n echt Amsterdamse krant, beperkte zich niet
meer tot wat het Stadhuis graag als nieuws gepresenteerd zag, maar
besteedde eveneens aandacht aan het 'tegennieuws' in deze zaak; het
nieuws van mensen die 'n al of niet legaal of legitiem besluit van het
College niet automatisch akcepteren als fait accompli.
In de loop van maart drong het zelfs tot de landelijke media door dat B en
W van Amsterdam niet alleen 'n besluit hadden genomen, maar 'n besluit dat
waarschijnlijk of wellicht op belangrijke punten totaal niet deugde.
Je zou dit vraagje niet verwachten, maar hoe gedroeg de heel Amsterdamse
Uitkrant (of UIT-krant) zich eigenlijk in deze zaak?
Niets dwingt de Uitkrant om zich in te laten met 'n omdopingsaffaire.
Het is geen sport, en al helemaal geen kunst.
Toch wijdt het aprilnummer er onder 'n foto van Johan Cruijff en de
kop JOHAN CRUIJFFPLEIN, 'n zestienregelig artikeltje
aan .
Meer dan de helft hiervan bestaat uit wat Danny, de weduwe van Johan
Cruijff, van de naamswijziging vindt.
Onmiddellijk daarop volgend schrijft de Uitkrant:
—hoofdredakteur Bart van Oosterhout— "Naar goed Amsterdams
gebruik zijn er ook tegenstemmen; er is bezwaar aangetekend door
omwonenden."
Zijn er ook tegenstemmen: helemaal niets over de aantallen
voor- en tegenstemmen; helemaal niets over de redenen van die
tegenstemmers!
Het zal het blad worst wezen, want B en W, Danny / de familie Cruijff
en de Uitkrant / Van Oosterhout —dat zijn dus bij elkaar
zeker meer dan twaalf mensen— zijn immers voor.
Op sarkastische wijze worden tegenstanders behandeld als
tweede-rangsburgers, tweede-rangsburgers die ook nog iets
durven te vragen.
(Het woord wordt niet gebruikt, maar schooiers dringt zich op.)
In een zin wordt iets als onbeduidend afgedaan wat precies de essentie
vormt van elk demokratisch besluitvormingsproces.
De Uitkrant trapt blijkbaar te graag mee op het veld bespeeld door de
liefhebbers van Fußball über Demokratie.
Omwentelinkje in Uitkrantland
"Vorig jaar stond de Stadionbuurt behoorlijk op zijn kop.
Bewoners hoorden via de media dat het Stadionplein ...
omgedoopt zou worden tot het Johan Cruijffplein.
Er werd een petitie gestart. ... ...
Uiteindelijk werden de plannen inderdaad van tafel geveegd
(onder andere toen bleek dat de coördinator van de
naamgevingscommissie meer dan 25 jaar actief was geweest als
Ajax-vrijwilliger).
Commotie en consternatie alom in deze anders verrassend rustige buurt
... ..."
Van wie is deze stem uit de toekomst?
Van Inger van der Ree.
Waar bevindt deze Inger zich?
In de UIT-krant van november 2019 boven 'n artikel over de
Stadionbuurt getiteld "EIGENHEIMER".
Of
hoofdredakteur
Bart van Oosterhout na tien maanden van ideële
bevruchtingspogingen en 'n zwangerschap van negen
maanden bereid zal zijn het omwentelingskindje
ook persoonlijk te omhelzen, blijft onbekend.
74.LZW
Er is nog 'n item in het aprilnummer van de Uitkrant dat in het
kader van de Stadionplein-omdopingsaffaire onze aandacht
verdient.
Het staat in de agenda onder DIVERSEN met als kop CRUYFF
FOUNDATION 14K RUN.
Dit hardloopevenement moest toen nog plaatsvinden, namelijk
op de geboortedag van Johan Cruijff, 25 april.
Hier is de kern van de mededeling: "De Cruyff Foundation
14K Run is een Social Run die start op het Johan Cruijffplein.
Via een route van 14 kilometer ... eindigt de run bij de Johan Cruijff
ArenA."
Aangezien het 'Johan Cruijffplein' tegen alle verwachtingen
van de groep voorstanders in nog niet bleek te bestaan op 25 april
2018 —op 26 april werd het 1 juni, wat het ook niet
geworden is— begon de run dit jaar bij het Olympisch Stadion.
De bedoeling van het J.C.-dopersplan is echter overduidelijk: de
deelnemers aan de Run worden geacht elk jaar op de geboortedag
van J.C. te rennen van start J.C.-A naar finish J.C.-B.
Het laatste wat de dopers zich dus wensen is 'n Johan Cruijffplein dat
pal naast de Johan Cruijff Arena ligt, iets wat menige Stadionpleiner
heeft voorgesteld als 'n 'goed' alternatief.
Ook degenen die dachten dat 'n 'Johan Cruijff Arena' al genoeg eer voor de
voetballer in kwestie was, hebben het helaas niet door, want niet alleen
kent eer om de eer, net als geld om het geld en macht om de macht, geen
verzadigingspunt, om iets te kunnen doen tussen de ene plek van eer
en de andere heb je er minstens twee van nodig.
(Of andersom: om aanspraak te kunnen maken op maar liefst twee grote
plekken van eer moet je iets doen om die dubbele aanspraak te kunnen
'rechtvaardigen'.)
Last but not least, mijn eigen opmerking hierboven klopt
eveneens niet vanuit de optiek van het J.C.-A-naar-J.C.-B-plan, want het
verband tussen de Johan Cruijff Arena en 'n tot 'Johan Cruijffplein'
omgedoopt Stadionplein sluit niet als 'n tang op 'n varken als je
maar eens per jaar 'n hardloopwedstrijd tussen die twee objekten
organizeert.
Althans, dat is de suggestie.
Alle vergistoeristen die zo dom zijn om te veronderstellen dat de Johan
Cruijff Arena wel aan het Johan Cruijffplein zal liggen, mogen
voortaan op eigen gelegenheid ongeacht de dag van het jaar 'n memorabele
8 à 9 (rechtstreekse) kilometers van J.C.-A naar J.C.-B rennen.
Onderweg kunnen zij misschien dan ook nog ergens 'n gratis Uitkrant
meepikken.
Wie niet horen
wil
Er zijn verschillende wegen om, binnen de grenzen van wat wettelijk en
moreel aanvaardbaar is, onbehoorlijk bestuur te bestrijden: twee
daarvan zijn de politieke weg en de juridische weg.
De politieke weg is al gauw 'n partijpolitieke weg, 'n weg die de
'Stadionpleiners' om oneigenlijke redenen zou kunnen verdelen in
plaats van verenigen.
Ik zal deze weg hier dan ook laten voor wat hij
is .
De juridische weg leidt uiteindelijk naar de bestuursrechter en eisen
of tot herroeping van het administatieve dan wel politieke besluit, of tot
schadevergoeding indien het gemeentebestuur pertinent weigert het
besluit te herroepen.
Het lijkt mij niet mogelijk dat Amsterdammers in het algemeen deze zaak
bij 'n bestuursrechter aanhangig kunnen maken.
Wel is het zo dat niemand vrije burgers kan dwingen om het
Stadionplein iets anders te noemen dan "Stadionplein", zolang zij
onder elkaar heel goed begrijpen over welk plein in Amsterdam zij het
hebben.
Terwijl de gemeente Amsterdam (bijna?) de helft van haar eigen regels
overtreedt, zijn het juist die burgers die zich eraan houden.
Deze schooiers van het Johan Cruijffplein zullen de geuzen van het
Stadionplein zijn.
Wat de gang naar de bestuursrechter betreft, hebben de bewoners en
bedrijven van het Stadionplein zelf de grootste kans van slagen.
Als het College van B en W van wat nu nog 'Amsterdam' heet volkomen
obstinaat blijft vasthouden aan zijn krankzinnig plan voor het
Stadionplein, laat dan alle bewoners en bedrijven op dat plein elke cent
die dat plan aan kleinere en grotere onkosten met zich meebrengt,
terugvorderen.
En niet alleen dat: als in de (hopelijk nabije) toekomst de bordjes weer
verhangen moeten worden, omdat de gemeente inmiddels gedwongen is om
te erkennen dat het plein voor het Olympisch Stadion nog steeds
"Stadionplein" heet (vooral dank zij de pleingeuzen), laten
diezelfde bewoners en bedrijven dan opnieuw al hun onkosten
voor het terugdraaien terugvorderen.
Laten ze daarbij bepaald niet vergeten elk aan deze ambtelijke dwaling
verspild half uur in rekening te brengen op basis van bijvoorbeeld de
gemiddelde bezoldiging van 'n gemeenteambtenaar; of, als dat meer is,
hun eigen loon; of, als dat meer is, het salaris van 'n gemiddelde
beroepsvoetballer.
De 'financiële tegemoetkoming' die Van Aartsen cum suis opeens
beloofden aan bewoners en bedrijven toen de Amsterdamse
omdopingsaffaire zelfs het nationale nieuws haalde, moest de
tegenstanders onder de meest direkt betrokkenen over de streep
trekken: 70 euro voor bewoners en 'maar liefst' 150 euro voor bedrijven.
(Enig idee wat het kost om 'n nieuw bord of paneel te laten maken?)
En dan ook nog denken dat iedereen voor geld is om te kopen, en dat alles
voor geld is om te dopen.
Konklusie (met krachtige K i.p.v. slappe C)
Mocht het de J.C.-omdopers toch nog lukken de naambordjes op het
Stadionplein in Amsterdam weg te halen en te vervangen door bordjes
met de naam van hun voetbalheld erop, dan is dat misschien net legaal,
maar allesbehalve legitiem.
(Bovendien degenereert het die voetbalheld tot 'n
hobbyheld: terwijl het voetballen het beroep van de held zelf
is, is de hobby niet meer dan de eigen liefhebberij van de omdopers.)
Hoe er eventueel ook met de bordjes gehannest zal gaan worden
—schoonhouden en technisch onderhoud vallen hier niet
onder—, het Johan
Cruijffplein zelf blijft ondanks alles het STADIONPLEIN.
Da's logisch!
M. Vincent van
Mechelen,
73.MNW-CEN
|