Het wordt weer lang wachten op dit perron en in de kou, want de trein heeft
'n vertraging
van meer dan 'n half uur opgelopen.
Het werd net omgeroepen: "... wegens 'n kat
op de trein".
Dertien jaar lang heb ik zelf lief en leed met 'n poes gedeeld.
Daarom zie ik het al heel scherp voor me, want ook mijn poes zat geregeld
op het dak; van ons eigen huis, wel te verstaan.
Je weet hoe poezen zijn.
In 'n opwelling vliegen ze naar boven, 'n boom in of het dak op,
zonder zich eerst af te vragen of ze straks wel even gemakkelijk
weer naar beneden kunnen komen.
Wanneer mijn poes naar buiten mocht, terwijl ik even weg was, dan
klauterde ze aan de achterkant van het huis naar boven, het dak op,
om er alle hoeken en gaatjes te onderzoeken of gewoon om zijn
territorium daar zeker te stellen.
Tegen de tijd dat ik aan de voorkant weer thuis kwam, stond ze daar
echter op de dakgoot uiterst zielig te miauwen.
Wist ze niet hoe ze terug of eraf moest, en verkeerde ze in de vrees dat
zij er zijn hele verdere leven zou moeten doorbrengen.
Ik zeg met opzet
"zij" en "zijn",
aangezien ik mijn poes toch 'n beetje als persoontje beschouwde, en het
gebruik van deze voornaamwoorden geslachtsneutraal en
-overschrijdend is.
(Ze heette "Danny".
Dat is zowel 'n mannen- als 'n vrouwennaam, dus ook heel geschikt
voor personen.)
Desondanks is het natuurlijk hij, want mijn poes was helemaal geen
echt persoontje.
Dat persoonschap
projekteerde ik
slechts op hem.
Ik moet mensen die het hier al behoorlijk moeilijk mee hebben nu reeds
waarschuwen dat, indien en wanneer geslacht er wel toe doet, het
weer zij en haar is. Dat ligt niet aan mij, maar aan de
Nederlandse taal en dat geslacht.
Danny is nu al jaren dood.
Postuum brengt ze allang haar verdere leven door op het dak van
het Internet als de hoofdrolspeelster in
My Pussy.
Elke maand weer trekt ze talloze bezoekers (m/v) van over de hele wereld,
en inmiddels is ze
een van de
beroemdste poezen van het universum geworden.
Ik moet toegeven dat dat ook 'n beetje aan de titel van het door mij
geschreven gedicht ligt.
Niet iedere native speaker of anderstalige denkt bij
pussy onmiddellijk aan 'n volkomen normaal parti-colored
straatkatje.
Er bestaan echt erotomanen, vooral erotomannen, die
bij het woord pussy allereerst aan iets heel anders denken en die
voortdurend het Web afstruinen op zoek naar zulke pussies.
'n Deel van het grote bezoek is wellicht op die manier te
verklaren.
Dat neemt niet weg dat ik daaraan zelf zo onschuldig ben als 'n
gerenommeerd handelaar in goede,
onverslijtbare dozen, die misschien ook wat meer
verkoopt dan zij op grond van de eigenlijke behoefte aan dozen zou mogen
verwachten.
Nogmaals: toen Danny nog leefde (en nog helemaal niet beroemd was), stond
ze menigmaal zielig op het dak aan de voorkant van ons huis te
miauwen wanneer ze mij na mijn veel te lange afwezigheid
zag aankomen.
Op zo'n moment liet ze zich makkelijk vangen.
Ik hoefde maar op mijn tenen te gaan staan en mijn handen omhoog te
houden en ze sprong op me af.
Als ze van mij echter naar binnen moest, omdat ik achter geen deur
of raam open wilde laten staan, of iets dergelijks, dan kon ik
doorgaans naar het persoontje fluiten.
Hoe harder of vaker ik riep, hoe verder het zich van mij verwijderde.
Wanneer katten je niet nodig hebben, hebben ze lak aan je en zijn ze
stronteigenwijs. Ik ben bi en heb ook zeventien jaar 'n
affektieve relatie met Trippel, 'n hond, gehad.
Dus ik ken het verschil.
Niemand hoeft mij te vertellen dat 'n kat op de trein geen probleem
zou behoren te zijn.
Het is een van de grootste kommunikatieve
problemen die je je maar kunt voorstellen!
Als het mij als eigenaar en huisgenoot van 'n kat al niet lukte om
het beest tegen zijn zin van het dak van mijn eigen huis te krijgen, dan
kun je het met 'n vreemde kat op 'n vreemd dak wel helemaal vergeten.
De machinist en de kondukteur en al die ter zake
kundige forenzen en andere reizigers die zich nu op dat voor mij
onbekende perron bereid tonen om 'n handje te helpen, kunnen het wel
vergeten.
Er is maar een oplossing: dat beest moet eerst zelf zin hebben
om naar beneden te komen.
De kans daarop is het grootst op 'n moment dat iedereen op het
station het opgegeven heeft en heeft besloten maar lopend naar
huis te gaan.
Ondertussen kan ik hier op dit station wel weer mooi staan wachten voor ik
weet niet hoe lang.
En ondertussen wordt het ook nog eens steeds donkerder en kouder.
De oorzaak van de vertraging werd dit keer gelukkig
omgeroepen, al was het dan wel met het nodige gekraak.
En gelukkig is het dit keer slechts kattekwaad en niet 'n
ongeluk veroorzaakt door een van die wel als personen door het
leven gaande medemensen die zware voorwerpen op de rails leggen
of erboven laten hangen — medemensen die minstens even
misdadig zijn als de voorwerpen zwaar zijn.
Ook om te horen dat dat niet het geval is, is het wel zo plezierig om
de juiste oorzaak van 'n vertraging even medegedeeld te
krijgen.
Wacht even!
Ze roepen het weer om: "... 'n vertraging van ongeveer vijfentwintig
minuten wegens 'n ka...". O, nee!
Wegens 'n kapotte trein.
60.VNO
|